San Gimignano, waarvan het historisch centrum door de Unesco goed beschermd is, bevindt zich op ongeveer 35 kilometer ten noord-westen van Siena. Voorheen zetel van een kleine etruskische vesting, groeide het kwa grootte en roem tijdens de Middeleeuwen, vooral vanwege zijn ligging langs de Via Francigena.

En dus, als we in Toscane op vakantie zijn en als we een villa of een landhuis in Siena en omgeving gehuurd hebben, is het de moeite waard om dit kleine dorpje dat in de hele wereld bekend is vanwege zijn torens (in de Middeleeuwen waren het er 72, nu zijn er nog 14 overgebleven) te bezoeken.

Na een lang geschil tussen Siena en Florence, verplaatste San Gimignano zich onder de florentijnse heerschappij halverwege de XIVe eeuw.

Bezienswaardigheden tijdens ons dagje uit in de derde meest bezochte stad van Toscane, na Florence en Siena, zijn het Palazzo Nuovo del Podestà met zijn Grote Toren (54 meter hoog); de Basiliek van Santa Maria Assunta met fresco’s van de sienese school en de houten sculpturen van Iacopo della Quercia; de Rots van Montestaffoli waarvan het hele dorpje en het omliggende panorama te zien is; en, tot slot, de muren.

En laten we niet vergeten dat San Gimignano zich in het land van de Vernaccia bevindt (droge witte wijn die is voorzien van DOC)... en dus moeten we ook even naar het Wijnmuseum gaan. En voor wie van sterke emoties houdt, is er het Martelmuseum.